Het oude Noordwest-Europa. Vanaf het continent druppelden doorlopend immigranten Scandinavië binnen. Ze brachten hun religieuze gewoonten, priesteressen en priesters met zich mee. Vrouwen en mannen die werden geroemd om hun kennis van verleden, heden en toekomst, hun band met het land en hun magische capaciteiten. Hun religieuze beelden worden in de loop der tijd aangeraakt door die van de al aanwezige Scandinavische volkeren: de Finnen en de nomadische Sami. In oude wetsbepalingen, de IJslandse saga's, de Edda's en de Noordse mythen lezen we over mysterieuze mensen, die afhankelijk van hun specialiteit onder meer vala, völva, seidkona of seidhmadr werden genoemd. En over de magie die ze uitoefenden: seidr. Veel kennis over religie en spiritualiteit in het prechristelijke Noordwest-Europa is verloren gegaan, maar vooral in de Scandinavische landen zijn er nog sporen te vinden. Sporen die spreken van magie, tovenarij en sjamanisme. Oude wetten die handelen over vervloekingen, magische p